Kaneelbroodjes

• 500 gr bloem

• 40 gr witte basterdsuiker

• 7 gr instant gist

• 1 tl (7 gr) zout

• 2 tl kardemompoeder

• 1 ei

• 270 ml volle melk

• 100 gr koude boter

• losgeklopt ei

• parelsuiker

Voor de vulling:

• 120 gr zachte boter

• 120 gr amandelmeel

• 100 gr licht bruine basterdsuiker

• 1,5 tl kaneel

• 1 el vanille-extract

Aan de slag!

• Klop het ei los.

• Doe de bloem, suiker, gist, zout, kardemompoeder, ei en de melk in een mengkom. Ik gebruik altijd een standmixer (Kitchenaid) om het deeg te kneden, maar als je die niet hebt, kun je het beste met de hand kneden.

• Kneed in 10-15 minuten een samenhangend deeg. Het deeg voelt nog iets stug aan.

• Verpak de koude boter in plastic folie. Maak nu de boter soepel door er met een deegroller een paar keer op te slaan. De boter wordt dan beter opgenomen door het deeg.

• Verwijder de plastic folie en voeg in stukjes de boter aan het deeg toe.

• Kneed het deeg net zolang tot alle boter is opgenomen (ongeveer 10 minuten).

• Verpak het deeg in plastic folie en leg minimaal 12 uur in de koelkast te rusten.

• Bekleed een bakplaat met bakpapier.

• Maak de vulling door de boter, amandelmeel, suiker, kaneel en vanille-extract te mengen tot een egale massa.

• Bestuif het werkblad met bloem en rol het deeg uit tot een lap van ongeveer 40x50 cm.

• Verdeel het kaneelmengsel over het deeg.

• Vouw het deeg in 3-en.

• Rol voorzichtig met de deegroller een klein beetje breder zodat het mengsel in het deeg wordt gedrukt.

• Snijd met een mes of pizzasnijder 12-16 stroken.

• Maak van elke strook een twist door aan twee uiteinden tegengesteld te draaien. De strook wordt nu ook wat langer. Vouw het uiteinde over elkaar in de vorm van een strik. Vouw de uiteinden onder de rol en leg ze op de bakplaat.

• Laat de broodjes afgedekt 60 minuten rijzen.

• Verwarm de oven voor op 200°C.

• Bestrijk de broodjes met het losgeklopte ei en bestrooi met parelsuiker.

• Bak de broodjes in 10-15 minuten lichtbruin en gaar.